Muur literatuur

De Stichting Hengelo Leest , opgericht op 24 april 2013, stelt zich ten doel literaire activiteiten in Hengelo te initiëren, ondersteunen en mede te organiseren. Hiermee wil Hengelo Leest bijdragen aan versterking van de culturele identiteit van deze stad. Dit uitgangspunt heeft geleid tot een aantal succesvolle, in de meeste gevallen jaarlijks terugkerende activiteiten, zoals Schrijvers in het park, het Cultuurpodium Hengelo, de Boekenballade en Vers&Foto. In 2020 plaatste ze een gedicht van Bert Schierbeek op de muur van Schouwburg Hengelo. Eerder werden elders in de Hengelose binnenstad gedichten aangebracht van Willem Wilmink en H.H. ter Balkt. Hengelo Leest maakt graag gebruik van het Twentse Noabers Fonds om in 2022 opnieuw literatuur op een Hengelose muur te plaatsen. Hengelo Leest bestaat uit inwoners van Hengelo die zich graag onderdompelen in de rijkdom die proza en poëzie biedt en zich als vrijwilliger inzetten om literatuur bij iedere Hengeloër op een laagdrempelige manier onder de aandacht te brengen. Zij willen interessante, openbaar toegankelijke plaatsen in het centrum van Hengelo voorzien van muurgedichten van Twentse schrijvers uit heden en verleden. Uiteindelijk zal er, in samenwerking met Hengelo Promotie, een literaire wandelroute ontstaan; een leuke en originele manier om een stad te leren kennen en om proza en poëzie dichter bij mensen te brengen. Veel mensen beleven er plezier aan, zo leren ons de ervaringen uit andere steden. Uit reacties van Hengeloërs op de reeds geplaatste muurgedichten, de aandacht hiervoor van de lokale media, maar ook uit gesprekken met medewerkers van Hengelo Promotie, weten we dat er enthousiasme bestaat voor de huidige muurliteratuur. Wat nieuwe locaties betreft, Museum Hengelo aan de Beekstraat heeft reeds aangegeven met graagte een muur ter beschikking te stellen voor het plaatsen van het gedicht Aprilregen van Margot Vos. Naast de commissie Muurliteratuur van HL, bestaande uit Diane Wevers, Marijke Agterbosch en Gijs Eijsink, doen Hengelo Promotie en Museum Hengelo dus zeker mee.